Vraag jezelf eerst af of je een medewerker tijdelijk of vast nodig hebt. Het voordeel van een vast arbeidscontract is dat je werknemers voor een langere termijn aan je bindt. Ook voor de werknemer heeft een vast contract voordelen, zoals rust en financiële zekerheid. Bij een contract voor bepaalde tijd (een tijdelijk contract) heb je als werkgever meer flexibiliteit, omdat je op die manier gemakkelijker pieken en dalen in de werkdruk op kunt vangen.
In de praktijk beginnen werkgevers eerst met het geven van een tijdelijk contract (bijvoorbeeld een jaarcontract). Bij goede prestaties en tevredenheid wordt dit dan omgezet naar een contract voor onbepaalde tijd (een vast contract). Zo spreek je het vertrouwen uit naar je werknemer dat je met hem of haar door wilt gaan.
Je kunt zowel bij tijdelijke als vaste arbeidsovereenkomsten een proeftijd afspreken met je werknemer. Zowel jij als je werknemer kunnen in die proeftijd het contract gemakkelijk opzeggen. Je mag alleen een proeftijd afspreken als het gaat om een vast contract of om een tijdelijk contract van meer dan 6 maanden. Kies je voor een contract korter dan 2 jaar? Dan mag de proeftijd maximaal 1 maand duren. Bij een vast contract of een tijdelijk contract van meer dan 2 jaar is de maximale proeftijd 2 maanden.