Dat kan, maar wel binnen een bepaalde ruimte. Eerder met pensioen gaan kan tot maximaal 10 jaar vóór je AOW-gerechtigde leeftijd. En later met pensioen gaan kan tot maximaal 5 jaar na je AOW-gerechtigde leeftijd. Als je eerder met pensioen gaat, ontvang je bijna altijd minder pensioen. Dit komt allereerst omdat je simpelweg minder pensioen opbouwt ten opzichte van de situatie waarin je nog door zou werken en pensioen zou opbouwen. Ook ontwikkelen de beleggingen zich minder lang. En tot slot moet het levenslange pensioen worden uitbetaald over een langere periode waarin je leeft.
Als je later met pensioen gaat, is het vaak andersom: je kan normaal gesproken langer premie inleggen en de beleggingen ontwikkelen zich langer. Doordat bovendien de uitkeringsperiode tot aan je overlijden korter wordt, ontvang je in de meeste gevallen meer pensioen.
Goed om te weten is dat beleggingen altijd kunnen fluctueren en dat de uitkomst geen gegeven is. De rentestand is namelijk ook een factor die van invloed is op de hoogte van je pensioen. En deze rentestand kan gunstig of minder gunstig uitvallen op het moment dat je met pensioen gaat. Ook de waarde van de beleggingen heeft invloed op de hoogte van je pensioen. De beleggingen worden aangepast naarmate je ouder wordt, waarbij beoogd wordt grote schokken te voorkomen. Maar het blijft beleggen. De uitkomst ken je pas achteraf.