Je krijgt belastingvoordeel als je zelf (aanvullend) pensioen opbouwt met een lijfrentebeleggingsrekening zoals Persoonlijk pensioen. Er zijn wel een paar belangrijke spelregels.
Het bedrag dat je inlegt op je beleggingsrekening van Persoonlijk pensioen is aftrekbaar van je inkomen. Hierdoor betaal je minder inkomstenbelasting. Wel zit er een maximum aan het bedrag dat je van de Belastingdienst jaarlijks mag inleggen: je jaarruimte.
Het belastingvoordeel is natuurlijk mooi meegenomen. Maar zijn er ook nadelen? Als je daadwerkelijk geld opzij wil zetten voor je pensioen, dan valt het mee. Als je maar rekening houdt met een aantal voorwaarden:
De lijfrentebeleggingsrekening van Persoonlijk pensioen is daarom geblokkeerd. Je kunt niet op elk moment je beleggingen verkopen en de opbrengst op je bankrekening laten storten, zoals bij een gewone beleggingsrekening. Of beter gezegd: het kán wel, alleen is dit niet financieel aantrekkelijk. Je betaalt er inkomstenbelasting over én je krijgt een boete (‘revisierente’) van de Belastingdienst opgelegd van 20% over je opgebouwde kapitaal bij Persoonlijk pensioen. De blokkade kun je dus ook zien als een ‘stok achter de deur’: het geld dat je opzijzet is echt voor je pensioen bedoeld.
Je jaarruimte is het maximale bedrag dat je ieder jaar belastingvriendelijk opzij mag zetten voor je pensioen. Naast je jaarruimte heb je mogelijk ook nog ‘reserveringsruimte’. Daarmee wordt het bedrag bedoeld dat je de afgelopen 10 jaar nog niet als jaarruimte hebt gebruikt. Hoeveel jaar- en reserveringsruimte je hebt, verschilt per persoon. Het is onder andere afhankelijk van je inkomsten en of je al bij een werkgever pensioen opbouwt.
Het betekent dus dat je niet onbeperkt bedragen op je lijfrentebeleggingsrekening mag storten. Denk aan een erfenis of de overwaarde van een verkochte woning. Je mag uiteraard wel een deel van dit geld gebruiken, als je maar niet meer inlegt dan je jaar- of reserveringsruimte. Bereken van tevoren wat je jaar- of reserveringsruimte is voordat je inlegt. Bedenk ook: als je een laag inkomen hebt, dan heb je ook minder belastingvoordeel.
Bereken jouw jaarruimte
Als je met pensioen gaat, is het niet zo dat je in één keer al je pensioenkapitaal van Persoonlijk pensioen op je bankrekening gestort krijgt. Je moet van het pensioenkapitaal zelf ‘een pensioen aankopen’. Dit pensioen wordt een lijfrente-uitkering genoemd. Je kiest zelf bij welke financiële onderneming je de lijfrente-uitkering aankoopt. Dit kan niet bij a.s.r. Vanaf het moment dat je een lijfrente krijgt uitgekeerd, moet je inkomstenbelasting gaan betalen over dat bedrag.
Wil je meer weten over een lijfrente-uitkering? Kijk op de pagina ‘Bijna met pensioen’.
Als je je pensioenkapitaal van Persoonlijk pensioen wil gebruiken voor je pensioen, dan koop je een lijfrente-uitkering aan. Je lijfrente-uitkering is een bruto-uitkering. Dit betekent dat je over deze uitkeringen nog belasting moet betalen. Hoe hoog deze belasting is, hangt af van je totale inkomen en in welke belastingschijf dit valt. Je kunt zelf bepalen wanneer je de lijfrente-uitkeringen wil laten ingaan. Goed om te weten: ná je AOW-leeftijd betaal je minder belasting over je jaarinkomen tot ongeveer €37.000.
Bereken jouw (verwachte) AOW-leeftijd op de website van de SVB
Lees meer over het aankopen van een lijfrente-uitkering
Heb je besloten dat je de waarde van je lijfrentekapitaal wil overdragen? Dan is de volgende stap dat je zelf een Persoonlijk pensioen rekening opent. Dat kan helemaal online.